Het afscheid
Ze hebben opgeruimd. Met zadeldoek
zijn spiegelbeeld en vleugel afgedaan;
de Dood heeft gister na zijn huisbezoek
de voordeur op een kiertje laten staan.
De scheurkalender kan naar het papier,
het polshorloge loopt nog mooi op tijd;
het zuurstofmasker was op zijn manier,
blauw aanlopend, getuige van de strijd.
Het is vol afschuw dat ik hiernaar kijk…
dit... dit is mijn ik, mijn lichaam niet…
't is of het Zijn de woning van mijn lijk
al door een vreemdeling betrekken liet.
Innokenti Annenski, У гроба, 1904
Vertaling Paul Bezembinder, 2016
Fleurs du Mal, 2017.